Ontheffingen digitale bezoekerspassen deel 2
Op onze schriftelijke vragen over dit onderwerp kregen we antwoord van het college. Omdat dit antwoord bepaald niet bevredigend was, hebben we vervolgvragen gesteld. Deze vindt u hieronder.
Assen, 19 december 2020
Betreft: Vraag & oproep aan het College van B&W van Assen m.b.t. aanpassing parkeerbeleid (dl: 2)
College,
Uit de plichtmatige manier waarop u mijn vragen van een antwoord heeft voorzien maak ik op dat u niet erg begaan bent met deze groep Asser ondernemers. Ondanks het feit dat uw handelen ten grondslag ligt aan de ontstane situatie heeft u niet de moeite genomen zich te verplaatsen in de positie van de gedupeerde ondernemers.
Uw antwoorden hebben voornamelijk betrekking op argumenten die gelden voor ontheffingen voor particulieren. U voert aan dat intussen verwacht mag worden dat bewoners en bedrijven gewend zijn aan de digitale vergunning. Echter gewenning is niet het criterium waarop de ontheffing voor ondernemers is gebaseerd. En daarbij, niet ter zake doende, opmerkingen als “Veel bewoners en bedrijven maken al jaren dankbaar gebruik van de digitale vergunning” en “Bezoekers hoeven met een digitale vergunning, voor het parkeren, niet meer heen en weer te lopen” leiden helemaal af van de kern waar het om gaat.
Ik zal uw geheugen een beetje opfrissen door u er nogmaals aan te herinneren dat de aanleiding voor het toekennen van de ‘papieren bezoekersvergunning niet eenduidig is geweest.
Bij particulieren was er, zoals vermeld in de brief van het College aan de Raad (d.d. 14-12-2016) sprake van ‘digitaal minder onderlegde personen’. Voor deze personen is er maatwerk geleverd middels een langere gewenningsperiode. Extra tijd dus om te wennen en naar een alternatief te zoeken. Wat gelukt is in de vorm van de ‘belkaart’. Hier is een ‘ontheffing van tijdelijke aard’ de maat!
De brief gaat verder met de mededeling dat gebleken is dat in een aantal branches in het bedrijfsleven een digitale vergunning SLECHT WERKBAAR is en dat ook hier een maatwerkvoorziening gewenst is. Er zal worden gekeken of er maatwerk geleverd kan worden in de vorm van een papieren bezoekersvergunning. Aldus geschiedde! Getuige ook de e-mail, namens de wethouder verstuurd aan een ondernemer die een beroep heeft gedaan op de regeling. Uit deze mail blijkt dat aan het verlenen van een dergelijke ontheffing een degelijk vooronderzoek vooraf is gegaan. Citaat: “Naar aanleiding van uw gesprek met wethouder Vlieg hebben wij kritisch naar het proces gekeken. Wij begrijpen in uw specifieke geval dat de digitale bezoekersregeling voor uw bedrijfsvoering SLECHT WERKBAAR is. Daarom hebben wij besloten dat u in aanmerking komt voor een papieren bezoekersvergunning”.
Er vanuit gaande dat dit de standaard gevolgde procedure is geweest laat dit niets aan duidelijkheid te wensen over. In de mail is geen sprake van enige restrictie wat tijdsduur van de regeling aangaat. Daar verlenging jaar na jaar zonder toevoeging van verdere restricties heeft plaatsgevonden mag de ondernemer er vanuit gaan dat de vergunning op structurele basis verstrekt is, zolang er geen verandering in bedrijfsvoering heeft plaatsgevonden. Hier is een ‘structurele ontheffing op basis van bedrijfsvoering’ de maat!
Terug naar het heden.
Bij deze ondernemers is er geen sprake van onwil of onkunde, maar van onwerkbaar. Gezien het feit dat er geen veranderingen hebben plaatsgevonden die tot een beter werkbare situatie hebben geleid en er ook geen bruikbare alternatieven door de gemeente zijn aangereikt, kan er ook geen aanleiding zijn om EENZIJDIG een eind te maken aan deze afspraak.
EENZIJDIG is ook hier het credo. Als bijna gebruikelijk is de gemeente ook hier ernstig tekort geschoten. Zonder enige vorm van communicatie vooraf werden de ondernemers in november verrast door de aanzegging in de jaarlijks te versturen brief, waarin vergunninghouders opgeroepen worden hun bezoekersvergunning te verlengen. Nu was interactie sowieso uit den boze, want navraag bij de gemeente leerde dat juridisch gezien geen bezwaar aangetekend kon worden. Het afschaffen van de papieren versie is namelijk niet aan te merken als een besluit in zin van de Awb (Algemene wet bestuursrecht).
College, het zal allemaal wel legitiem zijn, maar het is niet de manier die wij als PLOP-fractie voorstaan in de omgang met onze inwoners. Een betrouwbare en transparante overheid heeft onze voorkeur en daar is in dit geval geen sprake van.
Het halsstarrig vasthouden aan uw voornemen tot volledige digitalisering en hierbij voorbij gaan aan de problemen waarmee u een groep hardwerkende ondernemers opzadelt, sterkt mij in mijn opvatting dat de uitspraak ‘Het doel heiligt alle middelen’ wel degelijk op z’n plaats is!
Blijft enkel de vraag aan u of bovenstaand relaas heeft bijgedragen tot het heroverwegen van het voorgenomen besluit m.b.t. het intrekken van de papieren parkeervergunning voor ondernemers in de ‘schil’ van de Asser binnenstad.
Een voorschot nemende op een positieve reactie (met zoveel goede argumenten voor!), roep ik u op om op zeer korte termijn in gesprek te gaan met betrokken ondernemers om in goede harmonie te proberen tot een acceptabele oplossing te komen.
Een, gezien de tijdsdruk, snelle reactie afwachtende verblijf ik,
Kees Boonzaaijer,
Namens de fractie van Stadspartij PLOP
https://www.omroepassen.com/algemeen/stadspartij-plop-kapittelt-het-college-van-bw/
Dagblad van het Noorden dinsdag 22 december 2020
Asser Courant dinsdag 22 december 2020